Voor het verbeteren van je Hardlooptechniek moet je gewoon de tijd nemen. Door looptechniektraining worden bepaalde spieren
sterker, langer en leniger. Bovendien worden ook je hersenen getraind: wanneer
je regelmatig aan hardloopscholing doet en
daarbij bewust bent van je fouten ga je in de loop van de tijd de loopbeweging automatisch beter uitvoeren.
Ook belangrijk: probeer ook tijdens je trainingen regelmatig op
je looptechniek te letten. Probeer daarbij bewust ontspannen te lopen. Let daarna op je
schouders, armen, benen en op het landen, afrollen, afzetten van je
voeten.
Uitvoering loopscholing
Tenminste één keer per week ga je voor de training een kwartiertje
aan de slag met loopscholing. Je begint met een goede
Warming-up, zodat de
spieren goed doorbloed zijn. Hierna maak je een keuze uit een aantal loopscholingsoefeningen.
De afstand per oefening is 40 - 60 meter.
Na een oefening wandel je rustig terug.
Het aantal herhalingen is 2 tot 3 keer.
Bouw het aantal serie's en oefeningen geleidelijk op.
Doe de eerste training één herhaling per oefening.
De loopscholing sluit je af met 3 tot 4 keer een
versnellingsloopjes van 100 meter. Je begint langzaam en voert de
snelheid geleidelijk op. Het laatste gedeelte mag je niet sprintend
afleggen. Hierna wandel je terug en doet het versnellingsloopje
nogmaals. Belangrijk is dat je daarbij vooral let op je looptechniek.
Loopscholing kan je het beste voor een training doen.
Wanneer je na afloop van een training aan loopscholing doet is het effect een
stuk minder, omdat je dan de oefeningen minder goed uitvoert door vermoeidheid.
Dribbelen of tripplings
Bij het dribbelen is je looptempo heel rustig en maak je kleine
stapjes. De voeten wikkel je overdreven goed af. De armen bewegen
ontspannen mee. Het kan een onderdeel zijn van de warming-up of cooling-down.
Hakken-billen of hielaanslag
Oefening waarbij je steeds een bil aanraakt met de hak van de
schoen. Probeer je bovenlichaam rechtop en je armen hangen
langs je lichaam. Voor de variatie kan je ook afwisselend 2 x rechts en
daarna 2 x links doen. Of 2 x rechts, 1 x links (en andersom).
Skippings of knieheffen
Een oefening waarbij je knieën tot bijna heuphoogte worden gebracht.
Zorg ervoor dat je rug rechtop blijft.
Skippings met versnelling
Je begint met skipping (zie hiervoor). Daarna ga je geleidelijk versnellen.
Kaatssprongen
Bij deze oefening maak je kleine sprongetjes. De voeten landen bijna
gelijktijdig op de grond.
Pendelloop
Ook deze oefening begin je met een skipping. Hierna breng je je
onderbeen naar voren en weer terug.
Kruispassen
Bij deze oefening loop je zijwaarts. Een been kruis je eerst voorlangs
en daarna achterlangs het andere been.
Huppel-streksprongen
Bij deze oefening huppel je overdreven. Je armen breng je
daarbij even boven je hoofd.
Loopsprongen
Bij deze oefening duurt de zweeffase extra lang. Hierbij zet je je
knie hoog in en beweeg je je achterste been langzamer als normaal naar
achter.
Video
Loopscholingsoefeningen
Tips
Voor meer informatie over de techniek van de loopbeweging: Looptechniek.
Vraag medelopers op je fouten te wijzen. Ook van de
(verkeerde) loopstijl van (andere) (top)lopers kan je het nodige leren.
Laat zo nu en dan een video of wat foto's maken. Je
kunt ook in de etalageruit van winkels kijken.
Wanneer je na afloop van een training loopscholing
doet is het effect een stuk minder, omdat je dan de oefeningen minder
goed uitvoert door vermoeidheid.
Ook belangrijk: probeer ook tijdens je trainingen
regelmatig op je looptechniek te letten. Probeer daarbij bewust
ontspannen te lopen. Let daarna op je schouders, armen, benen en op
het landen, afrollen, afzetten van je voeten.
Tijdens een 10 km loopwedstrijd zet je
tussen de 6000 en 9000 passen. Wanneer je looptechniek niet juist is
gaat er veel energie verloren.
Het belang van een juiste looptechniek wordt vaak
onderschat. Denk hierbij ook aan schaatsen en zwemmen (schaatsers en
zwemmers besteden veel tijd aan het verbeteren van hun techniek). Het
effect van loopscholing voor mensen met een slechte looptechniek kan
verrassend groot zijn.
Omdat iedereen van nature een bepaalde
loopstijl heeft mag je het belang van loopscholing ook niet
overdrijven. Emil Zatopek stond bekend om zijn verkrampte loopstijl:
zijn hoofd schudde van links naar rechts. Ondanks deze loopstijl won
de Tsjech tijdens de Olympische Zomerspelen van 1952 drie gouden
medailles. De loopstijl van Emil Zatopek was niet mooi, maar toch
prima in orde!
Wanneer je een tijdje niet aan loopscholing doet zal
je looptechniek in de loop van de tijd achteruit gaan.
Ook ervaren hardlopers kunnen hun loopprestaties
verbeteren door aandacht te besteden aan looptechniektraining.